woensdag 23 maart 2011
't heftig epibreren gaat voort
DOLCE FAR NIENTE
P.A. de Génestet (1829 – 1861)
Ik lig in Hollands dierbaar duin,
Zo zacht in ’t lauwe zand,
En naast mij zit een blozend kind,
Een dochter van het strand.
Een zilvren wolkje speelt en drijft
Aan ’s Hemels blauwe boog;
Een zoele vrede straalt en daalt
Op aarde van omhoog.
Het zilvren wolkje lacht en lokt,
Als riep het:`o ga mee,
Reis met mij naar een beter land,
Ver over zee bij zee!
Zeg knaap, indien ge eens vleuglen hadt,
Zeg vloodt gij de aarde niet?
’t Is heerlijk in dees vrije lucht,
In ’t grensloos wolkgebied.’
Maar ik – ik lig in Hollands duin,
Zo goed in ’t lauwe zand,
En naast mij zit een blozend kind,
Een aardig kind van ’t strand...
Neen, schoon ik, wolkje, met u mee
Mocht vliên naar ’t schoonste land...
’k Ben nu te lui, ’k heb nu te lief,
’k Bleef liggen hier in’t zand.